Het volgende scenario klinkt je vast bekend in de oren.
Je hebt een taak waar je dringend aan moet beginnen, maar je motivatie is ver te zoeken. Je voelt een enorme weerstand bij de gedachte aan de moeite die je straks zal moeten doen. Die weerstand zorgt ervoor dat je een tijd lang voor je taak blijft vluchten. Je kijkt nog even wat filmpjes op Youtube, checkt het nieuws nog even, bekijkt je mail en social media, ruimt je bureau even op, drinkt een kop koffie etc.
Je wacht op het moment dat je wel genoeg motivatie hebt om te beginnen. Maar dat moment komt maar niet. De uren vliegen voorbij. Na verloop van tijd besef je dat als je nu niet aan de slag gaat, je het werk nooit af krijgt. Met even weinig motivatie als aan het begin, besluit je toch maar te starten. En zodra je een paar minuten bezig bent valt de taak je alleszins mee.
Hoe komt het toch dat je dit jezelf aandoet? Je verspilt er een hoop kostbare tijd mee, zeker als dit op dagelijkse basis gebeurt. De betere vraag is alleen: Wat kan je doen tegen uitstelgedrag?
Waar komt uitstelgedrag vandaan?
In de evolutie van de mensheid was voedsel schaars. Er was altijd onzekerheid of je stam vandaag wel een wild dier zou vangen of een mooie fruitboom zou ontdekken.
Je hersenen hebben zich hierop aangepast, door altijd te proberen om energie te besparen. Door energie te besparen kon je namelijk langer zonder voedsel, waardoor je een hogere overlevingskans had. Vroeger was dit essentieel, maar inmiddels is dit instinct ons vaak tot last. We leven tegenwoordig in een wereld van overvloed, zeker wat voeding betreft.
We hoeven ons dus geen zorgen meer te maken over het besparen van energie. Maar ons brein denkt dat nog wel.
Wanneer jij een grote taak voor de boeg hebt, weet je brein dat dit behoorlijk wat energie gaat kosten. Nadenken en focussen is namelijk de manier waarop je brein de meeste energie verbruikt. Je instinct is dus om zware taken te vermijden. Om automatisch weerstand te voelen.
Deze interne discomfort zal je eigenlijk altijd voelen wanneer je op het punt staat om iets te doen wat veel energie kost.
Dit is dan ook de hoofdreden dat veel mensen tegenwoordig nog steeds niet genoeg sporten, ondanks dat letterlijk iedereen weet dat het goed is voor je gezondheid en uiterlijk. De instinctieve weerstand tegen het verbruiken van energie tijdens de workout maakt het mentaal lastiger om je spullen te pakken en naar de gym te gaan.
Je moet bij uitstelgedrag dus de strijd aangaan met je eigen hersenen. Door te herkennen waar je weerstand vandaan komt sta je al 1-0 voor. Daarbij zijn er tools om die score uit te bouwen.
Hoe kom je van uitstelgedrag af?
Ik begin maar met het slechte nieuws: Je kan onmogelijk altijd gemotiveerd zijn. Ik durf zelfs te wedden dat je in meer dan de helft van de gevallen totaal geen zin hebt om aan een taak te beginnen. Je ontkomt niet aan deze barrière. Je zult eroverheen moeten.
Je kan dat op twee manieren doen. De eerste is dat je zelf meer discipline ontwikkelt. Uit onderzoek blijkt dat discipline vergeleken kan worden met een spier. Hoe vaker je je discipline traint, hoe sterker deze wordt. Iedere keer dat jij ondanks tegenzin snel begint met een taak, wordt dat de volgende keer makkelijker. Je wilskracht wordt sterker, waardoor je makkelijker de barrière doorbreekt.
Ik zie best in dat dit geen populaire oplossing is. Het vereist hard werk en een sterke geest. Gelukkig zijn er ook minder zware oplossingen. Je kunt er namelijk ook voor kiezen om de taak aantrekkelijker te maken. Dit kan je doen door het te combineren met iets dat je leuk vindt.
Als jij bijvoorbeeld een essay moet schrijven en het maar blijft uitstellen, kan je beslissen om ondertussen muziek te luisteren. Of als je kamer een teringzooi is kan je het opruimen combineren met het luisteren van een podcast. Bedenk iets dat je continu uitstelt en combineer het met iets dat je leuk vindt. Dat maakt de barrière veel kleiner, waardoor je minder aangewezen bent op keiharde discipline.
Een bijzondere manier om uitstelgedrag te is door van tevoren iets te eten. Zoals ik eerder schreef komt uitstelgedrag voort uit het instinct van je brein om energie te willen besparen. Als je iets eet, krijg je energie binnen. Je brein ziet dit als een teken dat er op dit moment voeding beschikbaar is. Dus schakelt het energie-besparen-mechanisme even (gedeeltelijk) uit.
Oftewel, je uitstelgedrag verdwijnt gedeeltelijk. Zie dit nu niet als een excuus om jezelf helemaal vol te proppen. Het is het beste om dit als tool te gebruiken wanneer het je niet lukt met behulp van de vorige tools.